top of page

Snippers uit "kroniek van het gezondheidsrecht"

Ingezonden bericht van mr. Marco Bekkering, advocaat te Rotterdam


In dit nummer van het NJB gaf prof mr Aart Hendriks een overzicht van ontwikkelingen in het gezondheidsrecht en schrijft hij ook over Wvggz en Wzd en de praktijk (NJB no 15 - 28 april 2023, Kroniek van het gezondheidsrecht)

Mijn oog viel op een aantal onderdelen.


Communicatiemiddelen De Hoge Raad oordeelde in HR 10 maart 2023 dat communicatiemiddelen bij een patiënt die wordt gesepareerd, niet in beslag mogen worden genomen. De betrokkene kan dan geen contact opnemen met zijn eigen advocaat. Preventief onderzoek aan lichaam en kleding zijn op grond van de huisregels van de accommodatie voorafgaand aan separatie wel toegestaan.


Wachten op behandeling

Volgens de Treeknormen zouden patiënten hoogstens veertien weken behoeven te wachten voordat zij worden behandeld, maar dat wordt in de praktijk beperkt behaald. Volgens de NZA waren er halverwege 2022 ongeveer 80.000 patiënten, waarvan 64% te lang wacht op een intake en ruim 30% te lang op behandeling. Hendriks merkt op dat je geen deskundige hoeft te zijn om te weten dat het aantal patiënten dat GGZ zorg behoeft en dat langer moet wachten vele malen groter zal zijn.


Moeten psychiaters scoringslijsten inleveren?

In een onderdeel over privacy en ggz patiënten merkt Hendriks op dat sinds 1 juli 2022 psychiaters verplicht zijn om informatie te verstrekken via het inleveren van scoringslijsten. Volgens de NZA zijn die gegevens nodig over 800.000 patiënten nodig om een beter beeld te krijgen over welke zorg nodig is in de toekomst. De gegevens zouden worden versleuteld en gepseudonimiseerd. Sommige behandelaren weigerden en de NZA dreigde met dwangsommen. Patiënten konden wel bezwaar maken bij hun behandelaar tegen het aanleveren van informatie.

De Autoriteit Persoonsgegevens wilde de onderbouwing van de wens van de NZA goed bekijken en de NZA stelde de verplichting uit tot 1 juli 2023.

De AP kwam tot de conclusie dat onder voorwaarde van formele verankering van de benodigde additionele waarborgen inzake dataminimalisatie (in de Regeling geestelijke gezondheidszorg en forensische zorg 2023) een grondslag kan worden gevonden in de eenmalige en niet herleidbare gegevens door zorgaanbieders. Een groep ggz-patiënten is het niet eens met deze gang van zaken en zij hebben op 12 februari 2023 samen met anderen een rechtszaak aangespannen tegen de NZA. Het is dus mogelijk om als individuele patiënt bezwaar te maken tegen het aanleveren van gegevens door de behandelaar.

Twee vragen bleven door mijn hoofd spelen; hoe goed is de niet herleidbaarheid geregeld en is het eigenlijk wel mogelijk om uit scoringslijsten van 800.000 casus zinvol patronen te destilleren en daar beleid mee te bedenken?



bottom of page